NIEUWSBERICHT

Terug naar nieuwsoverzicht

12-07-2016

Grondwettelijk recht op een eerlijk proces

Eind 2015 heeft de Raad van State advies uitgebracht over het wetsvoorstel om het recht op een eerlijk proces in de Grondwet op te nemen. Dit advies is afgelopen week gepubliceerd.

De Raad kijkt onder andere naar de betekenis van het voorstel voor de rechtspraktijk. Het recht op een eerlijk proces (en toegang tot de rechter) is geen nieuw grondrecht; het is al in artikel 6 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) neergelegd. Het EVRM is echter alleen van toepassing op burgerlijke en strafzaken, aldus de wetgever, terwijl het voorstel ook voor vreemdelingen-, fiscale en ambtenarenzaken moet gelden. De Raad adviseert de gevolgen voor bestaande wetgeving toe te lichten.

Daarnaast stelt de Raad dat het recht onbeperkt en ongeclausuleerd is geformuleerd, terwijl uit de toelichting daarop volgt dat het in bepaalde gevallen wel degelijk moet worden beperkt. De Raad adviseert daarom om de verhouding tussen het grondrecht en de grondwettelijke beperkingssystematiek beter toe te lichten en zo nodig een beperkingsclausule toe te voegen.

Verder vraagt de Raad in hoeverre onder ogen is gezien dat het recht op een eerlijk proces in het voorstel niet is uitgezonderd in artikel 103 van de Grondwet, waarin is omschreven van welke grondrechten kan worden afgeweken tijdens een uitzonderingstoestand.

 

bron: Kamerstukken II 2015/16, 34 516, nr. 4

 

© JuristenRijk